Op deze pagina hebben we tips en ervaringen van en voor rugzak-kamperende NTKC'ers bij elkaar gebracht.
Heb jij ook tips, routes, nieuws of een inspirerend rugzakkampeerverhaal? Mail ons op redactie@ntkc.nl, of reageer via Facebook.
Veel wandel- en kampeerplezier!
De rugzak
De tent
Slapen
Schoeisel en kleding
Overige uitrusting
Eten en drinken
Inpakken
Voorbereiden en gaan
Routes en navigatie-opties
Kampeerplekken
Rugzakkamperen in de bergen of ander uitdagend terrein
- Een rugzak moet absoluut goed zitten en passen bij de lengte van je bovenlichaam (torso). Probeer verschillende modellen in de winkel uit – met gewicht – en laat je goed voorlichten.
- De maat (inhoud) van de rugzak is de eerste beslissing. Voor dagtochten is 20-25 liter vaak voldoende, voor huttentochten 30-50 liter en voor (meerdaagse) kampeertochten moet je denken aan 50-75 liter.
- Zo’n 80% van het gewicht van de rugzak moet op je bekkenlijn rusten. Zo ontlast je je rug. De schouderbanden dienen er alleen voor om de tas op zijn plek te houden. De aanzet van de schouderbanden moet op de juiste plaats zitten, niet te wijd en niet te smal. Zie bijvoorbeeld ook starthiking.nl/tas.
- Oefen in het rechtop lopen met je bepakking. Voel hoe het is om uit evenwicht te raken en hoe je dat weer terugvindt. Wandel- of trekkingstokken kunnen je daar veel steun bij geven. Ze geven ook een veiliger gevoel bij ongelijk en glibberig terrein.
- Over de keuze van een tent is natuurlijk heel veel te zeggen, nog los van de keuze om niet in een tent maar bijvoorbeeld onder een tarp te overnachten. Met hoeveel mensen wil je in je tent slapen? Heb je naast het slaapgedeelte behoefte aan overdekte ruimte? Op wat voor ondergrond kom je te staan? Ook hier geldt: oriënteer je uitgebreid en laat je voorlichten.
- Met name voor rugzakkampeerders is het gewicht van de tent belangrijk. Gelukkig zijn er talloze soorten en maten lichtgewichttenten verkrijgbaar. Denk eraan dat je soms gedwongen kunt zijn ergens een dag te blijven staan, die je in je tent moet doorbrengen ...
- Van de meeste dubbeldakstenten zet je eerst de buitentent op, waarna je de binnentent erin hangt. Dat is vooral handig bij het opzetten en afbreken in slecht weer.
- Let bij het kiezen van een slaapzak op het model: veel mensen vinden een zogenaamde mummy-slaapzak, die naar het voeteinde toe steeds smaller wordt, te krap om lekker te slapen. Het alternatief is het rechthoekige dekenmodel.
- Let vervolgens ook op de ‘comfort temperature’. Dat is de minimum buitentemperatuur waarbij je nog comfortabel kunt slapen, dus bedenk waar, wanneer en onder welke omstandigheden je de slaapzak wilt gebruiken.
- Een donzen slaapzak is twee keer zo licht als een synthetische, en warmer. Van dons is het wel belangrijk dat het droog blijft, zorg dus voor een goed sluitend waterdicht foedraal.
- Voor kinderen zijn aparte (kleinere en dus warmere) kinderslaapzakken te krijgen, sommige zelfs in lengte verstelbaar (‘meegroeiend’).
- Lekker slapen valt of staat met een goed slaapmatje. Natuurlijk is er een verband tussen gewicht, volume en prijs van een matje. Dus bedenk wat je eisen zijn en wat je wilt/kunt meedragen. Een goed matje is niet te hard, niet te zacht en voldoende isolerend: de meeste kou komt namelijk uit de grond. Stop het reparatiemateriaal (dat bij vrijwel elk goed matje wordt meegeleverd) in je EHBO-setje.
- Met een lakenzak in je slaapzak heb je het al snel 2 à 5 graden warmer.
- Merk je dat je toch nog afkoelt in je slaapzak? Trek een paar sokken aan en zet een muts op. Ook kun je een (merinowollen) shirt en lange onderbroek aantrekken.
- Geef zo nodig je lichaam voor het slapen gaan wat extra brandstof om warm te blijven: eet een hapje voor je in je slaapzak kruipt.
- Ook voor schoeisel geldt dat je keuze afhangt van de zwaarte van je tocht, het terrein waar je gaat lopen en de hoeveelheid bepakking. Laat je goed voorlichten en probeer verschillende schoenen – pas schoenen aan het einde van de dag (je voeten zijn dan warmer en uitgezet) en doe dat met sokken waar je ook straks in gaat lopen. Let erop dat je schoenen nergens knellen en dat er ruimte is om je tenen te bewegen.
- Na een lange loopdag is een paar lichte sandalen, bijvoorbeeld Teva’s of Crocs, een weldaad voor je voeten. Ook handig als je door een stroom of beek moet waden.
- Gebruik kleding in lagen zodat je kunt variëren. Als eerste laag liefst iets van ademend en vocht afvoerend materiaal (dunne merinowol bijvoorbeeld).
- Sneldrogende kleding is handig. Een spijkerbroek is geen goed idee. Die weegt relatief veel en je krijgt hem moeilijk droog als hij eenmaal nat is.
- Vergeet niet regenkleding mee te nemen. Droog blijven betekent warm blijven. Denk eens aan een regenponcho, die ook over je rugzak valt. Een regenbroek gebruik je misschien niet vaak, maar als het veel regent ben je blij dat je hem hebt. Bovendien kun je hem gebruiken om op te zitten.
- Bewaar een set thermokleding, inclusief muts, handschoenen en sokken, apart in een waterdicht hoesje. Dan heb je in noodgevallen altijd droge kleren.
- Houd ook rekening met gevoelstemperatuur. Een redelijk comfortabele temperatuur van 12 graden voelt bij een stevige wind van 20 km per uur (windkracht 3/4) aan als 6 graden. Bij 30 km per uur is dat 3 graden ...
- Dons is lichter dan fleece. Een dun donsjasje van ongeveer 300 gram is warmer dan een fleecetrui van 800 gram. Lekker voor ’s avonds rond de tent.
- Een wandelhoed, al dan niet met flap in de nek, kan zowel bij zon als regen fijn zijn. Ook een Buff, geschikt als losse col om je hals of als hoofddeksel, is handig onder veel weersomstandigheden.
- Van belang is natuurlijk je kooktoestel. Bedenk dat je, behalve het brandertje zelf, ook brandstof moet meedragen. Sommige branders werken op zowel gas als vloeibare brandstoffen (benzine, petroleum). Gebruik een lichtgewicht, aluminium windscherm, dat scheelt flink in je brandstofverbruik. Er zijn ook zogeheten mini-stove’s te krijgen, waarin je met twijgjes een klein geconcentreerd vuurtje maakt.
- Tests en vergelijkingen van branders (en veel andere ‘outdoor gear’) zijn te zien op het YouTube-kanaal van ‘Kevin Outdoors’.
- Zorg dat je alternatieven bij je hebt voor het aansteken van je brander of het maken van vuur. Denk naast de mogelijke elektronische aansteker/piëzo van je brander aan watervaste lucifers, een firestick of een Zippo-aansteker.
- Neem zo min mogelijk kookgerei mee. Een pan, eventueel een koekenpannetje (inklapbaar!), een goed zakmes, een multifunctionele eet- en drinknap. Een vork heb je eigenlijk niet nodig. Een lepel en een mes volstaan.
- Zeker in de bergen, maar ook in minder ruig terrein, zijn loop/wandelstokken eigenlijk onmisbaar. Ze helpen je om sneller en makkelijker je evenwicht te vinden en te bewaren. Daardoor worden je rug en knieën ontzien. Bovendien helpt het lopen met stokken om de doorbloeding van je armen en handen op peil te houden.
- Stel een EHBO-set samen (zie voor de inhoud: https://nkbv.nl/files/Kenniscentrum/Medisch/EHBO-set_een_en_meerdaagse_tochten.pdf).
- Denk aan een tekenpen.
- Zorg ervoor dat je licht bij je hebt. Een hoofdlamp is superhandig omdat je dan je handen vrijhoudt. Vergeet niet extra batterijen en/of een oplader mee te nemen.
- Ziplock-zakjes zijn ideaal voor de rugzakkampeerder. Je kunt er allerlei soorten en hoeveelheden eten in kwijt, je paspoort en telefoon drooghouden, je EHBO-spullen in bewaren enzovoort.
- Neem een zitlap mee tegen vocht en kou. Die kun je bovendien ’s nachts onder je benen leggen ter aanvulling op een kort slaapmatje.
- Als je met een steuntje in de rug bij de tent wilt zitten: zowel Exped als Therm-a-Rest verkopen hoezen waarmee je je slaapmat tot een stoeltje kunt omvormen. Voor wie die extra grammen een bezwaar zijn: je rugzak tegen een boom of rots is een prima natuurlijk alternatief.
- Een e-reader is een geweldige, gewichtbesparende uitvinding. Je kunt er bovendien je routebeschrijving of de handleidingen van apparaten (je gps, camera, location beacon enzovoort) op zetten.
- Neem een opschrijfboekje mee. Het is heel rustgevend om aan het einde van de dag je ervaringen op te schrijven, en superleuk om later terug te lezen.
- Voor duizend-en-een reparaties: een rolletje ducttape of sporttape.
- First things first: zorg voor voldoende water. Zowel om te drinken als voor de bereiding van je maaltijden en voor koffie en thee. Check waar je onderweg je water kunt aanvullen.
- Drink tijdens je tocht steeds kleine beetjes niet te koud water, ongeveer 2 dl per half uur.
- Een CamelBak is handig om tijdens het lopen gemakkelijk regelmatig te drinken en je draagt het water dicht op je rug.
- In koude gebieden komt een thermosfles met heet water onderweg altijd van pas. Als je je brander bij je hebt kun je ook even thee of koffie zetten of (bij warm weer!) bouillon maken.
- Een muesli- of havermoutontbijt maak je met (amandel)melkpoeder. Om te variëren kun je je muesli ook met sinaasappelpoeder bereiden. In alle gevallen heb je natuurlijk wel water nodig.
- Of kies voor pannenkoeken van een eierpannenkoekenmix; daar hoef je allen maar water aan toe te voegen. Denk er wel aan dat je voor het bakken een koekenpan(netje) en wat olie nodig hebt.
- Als tussendoortje zijn noten, gedroogd fruit en ‘energy bars’ prima energiebronnen. ‘Hartkeks’ zijn bijna oneindig houdbaar en je kunt er lekker mee combineren.
- Gedroogd voedsel (wellen in water) is lichter én langer houdbaar dan vers. Je kunt voor je reis zelf maaltijden koken en vervolgens drogen in de oven of in een droogmachine. Buitensportzaken hebben vaak een breed assortiment kant-en-klaar gedroogde maaltijden van diverse merken.
- Heb je liever losse gevriesdroogde groenten, vlees, couscous, ei- en melkpoeder, fruitmix enzovoort waarmee je je eigen maaltijd kunt samenstellen, kijk dan eens naar de producten van Globetrotter Buitensportvoeding. Zij verkopen ook complete maaltijden met alle ingrediënten apart verpakt, zodat je bijvoorbeeld zelf kunt bepalen hoeveel rijst, kruiden of zout je toevoegt.
- Als je geen droogvoer gebruikt, laat eten dan direct na het koken nagaren in je slaapzak.
- Je hebt veel minder nodig dan je denkt. Natuurlijk probeer je op alles voorbereid te zijn. Maar ervan uitgaande dat je eerste tocht geen meerdaagse in het Amazonegebied is, valt wat er kan gebeuren in werkelijkheid – in Nederland in elk geval – vaak erg mee. En wat niet in je rugzak zit, hoef je ook niet te dragen.
- Vuistregel: de rugzak met inhoud weegt niet meer dan een vijfde van je (ideale) lichaamsgewicht. Voor kinderen onder de twaalf: de gevulde rugzak weegt niet meer kilo’s dan de helft van de leeftijd.
- Plaats onder in de rugzak spullen die je tijdens je wandeling niet nodig hebt en die niet al te zwaar zijn: je slaapzak en extra kleding.
- De zwaarste spullen draag je het dichtst tegen je rug: water, tent, voedselvoorraad, brander. Vul de ruimte op met kleding die je hier goed omheen kunt vouwen. De zwaardere items worden op deze manier door je heupen gedragen.
- In het bovenvak berg je spullen op die je binnen handbereik wilt hebben: kaart, zonnebril, zonnebrand, proviand voor onder het lopen. Maak dit vak niet te zwaar, anders komt het zwaartepunt te hoog te liggen.
- Als je kleding oprolt, neemt die minder ruimte in.
- Zorg dat je een regenhoes voor je rugzak hebt, of stop alles in waterdichte ‘liners’ in de rugzak.
- Pak je rugzak altijd op dezelfde manier in, dan kun je hem zo nodig ook in het donker in- of uitpakken.
- Zie voor meer tips https://nl.scoutwiki.org/Rugzak.
- Zie voor online paklijsten bijvoorbeeld oppad.nl/basispaklijst-wandelvakantie.
- Vooraf een beetje trainen is geen overbodige luxe. Ga een paar keer lopen, op je loopschoenen en met een volle rugzak. Je lijf went dan een beetje aan die ongewone belasting. Bouw dit op naar gewicht en naar de afstanden die je denkt te gaan lopen. Hoe ouder je bent, hoe meer training vooraf verstandig is.
- Kies de inspanning die bij jou past!
- Reageer snel op onvolkomenheden. Zitten rugzak of schoenen niet goed, heb je te weinig of te veel aan? Heb je de neiging iets aan of uit te trekken: gewoon doen!
- Rugzaklopen is geen prestatietocht. Doordat je alles bij je hebt, heb je de vrijheid om te stoppen waar je wilt. Doe dit ook! Een mooi en rustig plekje? Pak je brandertje en zet een kop koffie. Leun achterover tegen je rugzak en kijk om je heen. Dat is het leuke van rugzaklopen.
- Praat met andere rugzaklopers om kennis en ervaringen uit te wisselen.
- Meer tips op de site van Stichting Wild-Kamperen en starthiking.nl.
- Voor rugzakkamperen in de winter, zie kampeerclub.nl/pagina/winterkamperen.
- Zie verder Rugzakkamperen in de bergen of ander uitdagend terrein op deze pagina.
- Rugzakkamperen in groepsverband? NTKC-sectie de Zwerfgroep zet tien keer per jaar een weekendtocht uit ergens in Nederland. Met Pasen en Hemelvaart gaat het om vierdaagse tochten. Je vindt je weg met behulp van coördinaten die je terug kunt vinden op een topografische kaart. De meeste zwerfgroepers lopen alleen, met z'n tweeën of in kleine groepjes; 's avonds ontmoet je elkaar bij de tent of het kampvuur. Klik hier voor meer informatie over de Zwerfgroep. Zie ook Ruim 40 jaar zwerf-ervaring (Frans en Ria Schlüter-Olbers).
- Een andere optie voor georganiseerde wandel- en kampeerweekenden in Nederland en soms in het buitenland is de vereniging Rugzaklopers.
- In Nederland heb je beschreven en bewegwijzerde Lange-Afstand-Wandelpaden (LAW's) en Streekpaden, samen goed voor een landelijk routenetwerk van ca. 11.500 km. De LAW's zijn onderdeel van een groot Europees netwerk van GR-paden (Grande Randonnée, Grote Routepaden, Grande Rota, Gran Recorrido, Long Distance Footpaths, Fernwanderwege) door Europa, voornamelijk in Frankrijk, België, Nederland, Spanje, Groot-Brittannië en Duitsland.
- Gps is en blijft een aanvulling op een ouderwetse analoge kaart. Als je dagen in de ‘bush’ bent, realiseer je dat een gps-apparaat (evenals je smartphone!) veel energie gebruikt. Een goede kaart, met hoogtelijnen en een schaal van 1:25.000 of 1:50.000, en een kompas zijn dan onmisbaar.
- Om je gps of smartphone (een paar keer) op te laden, kun je een opgeladen powerbank meenemen.
- Bestudeer de avond van tevoren je route van de volgende dag: wat kom je tegen aan fysieke markeringen als rivier of een col, het hoogste punt, waar liggen de steile stukken, waar loop je door een dal, waar zou je een kampeerplek kunnen verwachten?
- Plan je route voor meerdere dagen als je slechts her en der nieuwe proviand en brandstof kunt kopen.
- Kaarten van maps.me kun je van tevoren gratis downloaden.
- Ook via de apps Pocket Earth en Topo GPS kun je van tevoren stukken kaart (inclusief wandelpaden) downloaden. Op Pocket Earth kun je bovendien routes uitstippelen en je route bijhouden om later terug te zien.
- Zie het artikel ‘Navigeren kun je leren’ in Buitenspoor 2-2016, pagina 10.
- Gastvrije NTKC-leden stellen op hun erf een gratis overnachtingsplek ter beschikking aan wandel- en fietskampeerders die lid zijn van de NTKC. Deze 'tussenstops' vormen een aanvulling op het landelijke netwerk van NTKC-terreinen. Zie Gastvrije leden (inloggen als lid).
- Denemarken kent Overnatning i det fri, waar fietsers en wandelaars kunnen overnachten op natuurterreintjes en bij particulieren, tegen een kleine vergoeding.
- Wildkamperen is onder bepaalde voorwaarden toegestaan in onder meer Noorwegen, Finland, Zweden, IJsland, Schotland en (boven de boomgrens) in Zwitserland. In België heb je een aantal ‘rustplekken in de natuur’, zie bivakzone.be. In Frankrijk mag je in veel gevallen tussen 19.00 en 9.00 uur bivak maken op plaatsen die meer dan een uur lopen verwijderd zijn van de openbare weg (de Fransen maken onderscheid tussen ‘bivouac’ en ‘camping sauvage’ - dat laatste is niet toegestaan).
In het algemeen is kamperen toegestaan als je toestemming hebt van de landeigenaar. - Als je wildkampeert: ga nooit te dicht bij een rivier staan (voor het geval een rivier buiten zijn oevers treedt). En ga nooit op het laagste punt staan, zodat je bij noodweer niet wegspoelt.
- Een relatief nieuw en sympatiek platform is Welcome To My Garden. Particulieren bieden wandelaars en fietsers (gratis) een plek in hun tuin aan. Het initiatief is gestart in België en breidt zich langzaam uit.
Rugzakkamperen in de bergen of ander uitdagend terrein
- Als je aan meerdaagse bergtochten wilt beginnen: bouw het geleidelijk op. Ga bijvoorbeeld eerst een paar dagen naar de Ardennen. Als je vervolgens een hoger gebergte in wilt, begin dan met een huttentocht, om te kijken hoe je lijf op die inspanning reageert. Ga je daarna met een tent de bergen in, kies dan de eerste keer een route waarvan je zeker weet dat je onderweg andere wandelaars tegenkomt.
- De NKBV organiseert cursussen, in Nederland en op locatie, waarin je kennismaakt met alle facetten van bergwandelen, inclusief voorbereiding en uitrusting.
- Water uit beken en rivieren kun je desinfecteren met een Steripen, die door uv-straling ziekteverwekkers doodt. Of je pompt water door zowel een fysiek filter als een koolstoffilter, zoals de MiniWorks van het merk MSR.
- Met een klein flesje geconcentreerde limonadesiroop waar je ook een beetje zout in doet, maak je je eigen energiedrank. Niet per se heel lekker, bij flinke inspanning wel goed voor je suikers en bij zweten voor je zoutgehalte.
- Neem altijd een of twee reservemaaltijden mee, waar je niet aan mag komen tenzij in nood.
- De weg kwijt, last van slecht weer, mist, geen goede kampeerplek te vinden, te moe, te koud? S.T.O.P: stop, think, orientate, plan! Neem de juiste beslissing voor je te ver bent gegaan. Zowel dehydratie als onderkoeling beïnvloeden je vermogen tot beslissen en je hand-/vingercoördinatie.
- Vergeet nooit een reddingsdeken of (nood-)bivakzak tegen onderkoeling in noodsituaties. Die kun je ook onder je matje leggen voor extra isolatie. Of leg je reddingsdeken in koude nachten over de binnentent of over de slaapzak met de zilveren zijde naar jou (de warmtebron) gericht.
- Ga in de bergen bij voorkeur niet alleen op pad. Kies je daar toch voor, draag dan een geplastificeerd kaartje met contactgegevens van je naastbetrokkenen bij je.
- Zorg dat je een lijstje met de nummers van de berghutten en het lokale noodnummer ergens bij de hand hebt.
- Sluit een goede bergsportverzekering af, bijvoorbeeld via de NKBV. Een onverhoopte helikopterredding is een zeer kostbare aangelegenheid ...
- Ga je naar mugrijke streken, zoals Scandinavië? Er zijn hoeden met hoofdklamboes te krijgen en ook muggenwerende kleding (bijvoorbeeld van Fjällräven). Draag lange mouwen en broekspijpen en smeer je gezicht en handen in met Deet. Doe ook wat Deet op je sokken ter hoogte van je enkels om te voorkomen dat muggen daardoorheen prikken.
Met dank aan Willem de Beer, Sanne Bookelman, Henni Bunnik, Judith Heuves, Olga van Kleef, Jiska Kluit, Sjoukje de Lange, Peter Leyenaar, Anouk Nieuwenhuizen, Frans Schlüter, Ria Schlüter-Olbers, Roosmarij Vanhommerig, Anne en Eli Vlessing en Elizabeth van Wensveen.