Toen onze oudste dochter 3 maanden oud was, fietsten we een week door de Achterhoek. Met een baby is dat eigenlijk heel makkelijk, die ligt toch de hele dag. Overdag lag ze in een fietskarretje en in de tent legden we haar tussen ons in. Je moet wel veel meer meenemen: pakken luiers bijvoorbeeld. Met kinderen in de peuter- en kleuterleeftijd wordt het een grotere onderneming. Je stopt vaker en je moet er bijvoorbeeld voor zorgen dat je op vaste tijden eet. Al toen de oudsten 2 en 3 waren, sliepen ze in een tentje naast het onze. Als ouders moet je dus wel een beetje avontuurlijk en optimistisch zijn aangelegd!
Makkelijk contact
Tijdens een fietstocht op Bali en Lombok waren de kinderen 3, 6 en 8; we hadden allebei een kind op een aanhangfiets en bij Peter hing daarachter weer een fietskar met onze jongste, plus bagage. Juist in dat soort verre landen heeft reizen op de fiets als voordeel dat je makkelijk met mensen in contact komt. Je komt op niet-toeristische plaatsen waar je zonder fiets niet zou komen en je wordt veel minder als ‘rijke toerist’ benaderd dan wanneer je in een auto of een bus reist. Als we bijvoorbeeld door een dorpje kwamen waar kinderen aan het voetballen waren, stopten we en deden onze kinderen mee. Dat gaat dan heel eenvoudig.
Avontuur
Naarmate de kinderen ouder worden, wordt het allemaal steeds makkelijker. Ze doen meer zelf, ze kunnen helpen en je hoeft niet meer per se op tijd te eten. En ‘s avonds kunnen we nu bijvoorbeeld gezellig met z’n allen kaarten. De jongste (10) is alleen maar enthousiast over fietsvakanties. De twee oudsten (14 en 15) zijn nu pubers, die mopperen van tevoren weleens over de inspanning. Maar eenmaal onderweg vinden ze het avontuur heel leuk. Je doet samen ervaringen op die je nooit meer vergeet. Dat voelt als een soort teambuilding voor je gezin. Zo zijn we in Engeland weleens ontzettend natgeregend. Na flink afzien kwamen we in een pub terecht en was het alsof we in de hemel belandden. Het was daar droog en warm, met aardige mensen en lekker eten. Dat werd dus toch een geweldige dag waar we het nu nog weleens over hebben.
Steeds minder bagage
Sinds drie jaar gaat onze hond ook mee, in een tail wagon. We kamperen zo veel mogelijk op natuurkampeerterreinen of bij de boer, altijd op de bonnefooi, en we kamperen ook wel wild. Met zijn vijven slapen we nog steeds in twee tentjes, de hond ligt in de voortent. Wat de bestemming betreft laten we ons inspireren door wat we lezen in Op Pad of wat we aan reizen bij de SNP zien. De routes stellen we zelf samen. In Frankrijk zoeken we bijvoorbeeld de witte weggetjes op de kaart; in Nederland gebruiken we vaak fietsknooppunten.
Eigenlijk nemen we elk jaar minder bagage mee. Zeker aan kleding heb je maar heel weinig nodig. Je hebt toch steeds hetzelfde aan en af en toe was je wat. Aan twee pannetjes hebben we genoeg. We hadden van die slaapmatjes die je tot een stoeltje kon vouwen, maar we zitten net zo lief op een kleedje op de grond. We vinden het wél fijn om op matjes te slapen waar een beetje lucht in zit. Maar dat is natuurlijk allemaal voor iedereen weer anders.
Fietsen langs NTKC-terreinen
Twee jaar geleden hebben we op weg naar de boot naar Engeland op Het Groene Hart in Hazerswoude gekampeerd. Zo hebben we bij toeval de NTKC leren kennen en toen zijn we lid geworden. Het voelt alsof we een soort geheim hebben ontdekt: prachtige terreinen, leuke mensen, relaxte sfeer. Vorig jaar met Hemelvaart hebben we met z’n vijven een fietstocht langs een paar NTKC-terreinen gemaakt.
Voor wie erover twijfelt om ook eens met kinderen te gaan fietskamperen: gewoon doen! Je vakantiegevoel begint zodra je op de fiets stapt. Als je het leuk vindt om verrast te worden in je vakantie, kun je al op 50 km van je eigen huis een prachtig avontuur beleven.
Log in met je NTKC account om de reacties te lezen, en zelf een reactie achter te laten.
« The road is long (Karin IJzerman) - Gewoon gaan! (Marco de Wit) »