Gewoon gaan! (Marco de Wit)

Terrein

Marco en Chantal de Wit fietsten in 2001/2003 twee jaar lang door de wereld. Toen ze terugkwamen zetten ze een winkel in fietsartikelen op. Fietskamperen doen ze nog steeds, wanneer de winkel het toelaat: in korte weekendjes en ‘s winters wat langer. Hun dochtertje van bijna vijf gaat vanaf dat ze negen maanden is mee.

In 1999 vertrokken we voor een jaar naar Australië en Nieuw-Zeeland. Of we ter plekke met een auto zouden rondtrekken, met openbaar vervoer of op een fiets, wisten we op dat moment nog niet. Wel waren we onder de indruk van een boek van wereldfietser Frank van Rijn over zijn fietsreis door Australië. Bij aankomst kochten we een fiets om de eerste maand mee rond te reizen. Dat beviel ons zó goed, dat we dat hele jaar zijn blijven fietsen.

Vrijheid
Het fijne van fietsen vinden wij het tempo en de vrijheid. Je ziet een hoop van de omgeving en je ontmoet veel mensen. Je komt op plekken waar je anders niet zou komen, omdat ze als reisdoel niet interessant lijken. Maar kom je er al fietsend toch doorheen, dan blijken ze soms zeer de moeite waard. En je hoeft in principe maar weinig te plannen. Als je het ergens prettig vindt, blijf je daar gewoon wat langer.

Van Alaska naar Vuurland
Terug uit Nieuw-Zeeland hebben we een jaar gespaard en toen zijn we met een enkele reis naar Alaska gevlogen. Ditmaal gingen de fietsen mee, voor een fietstocht van twee jaar zonder plan vooraf. Vanuit Alaska kun je natuurlijk alleen maar naar het zuiden. We fietsten naar Vuurland, vlogen toen naar Portugal en fietsten van daaruit naar Marokko. Na een rondrit door Marokko fietsten we terug naar huis.
Onderweg vanuit Alaska kwamen we door Las Vegas. Daar zijn we op de fiets getrouwd, in een ‘drive thru’. Tijdens de reis dachten we ook na over wat we zouden gaan doen als we weer thuis waren. Ik was scheepsbouwkundige, maar bedacht dat ik wilde proberen om een webshop in fietsartikelen op te zetten. Dat is gelukt; die webshop is in korte tijd uitgegroeid tot een winkel met een showroom en een werkplaats, BIKE4travel, in Rotterdam. Zes jaar geleden hebben we fietsfabrikant Avaghon overgenomen en nu kunnen we zelf ook fietsen bouwen.

Halve dag genoeg
We gaan nu in de winter op vakantie omdat het dan in de winkel wat rustiger is. Lange fietsreizen zitten er daardoor niet meer in. Meestal fietsen we drie à vijf weken in een warmer land, bijvoorbeeld in Venezuela, Cuba, Zuid-Afrika, India, Mexico of Thailand. Routes puzzelen we zelf op een kaart bij elkaar. Ons dochtertje van inmiddels bijna vijf gaat sinds ze negen maanden oud is gewoon mee, in een fietskarretje of een aanhangfietsje. Wel fietsen we met haar minder lange afstanden en blijven we wat meer in de bewoonde wereld. Voor een kind is een halve dag fietsen wel genoeg, daarna kun je het beste iets anders leuks gaan doen.
Vanaf het voorjaar tot de herfst kamperen we ook af en toe weekendjes met de fiets in Nederland: zaterdagochtend heen, zondagavond terug. Soms rijden we eerst een stukje met de auto en fietsen dan een rondje van zo’n 100 km, met een overnachting op een kampeerterrein.

De belangrijkste tip voor beginners? Gewoon gaan! Haast elke fietskampeerder is ooit begonnen op een stadsfiets, met een zware tent achterop. En leg jezelf niet te lange afstanden op. Ik zie veel mensen die van zichzelf 100 km per dag moeten fietsen. Maar als je na 50 km op een mooie plek bent aangekomen, is dat ook prima!

Meer over fietskamperen


Gepubliceerd op woensdag 1 februari 2017

Log in met je NTKC account om de reacties te lezen, en zelf een reactie achter te laten.

« Teambuilding voor het gezin (Marjon Kaper, Peter van Herrewegen en kinderen) - Wandelen na de ALV »