In de twee eeuwen van haar bestaan, van 1602 tot 1795, was de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC) de grootste handelsonderneming ter wereld. Gedurende deze periode voeren ruim 4700 VOC-schepen naar Azië, op zoek naar specerijen, porselein, zijde, katoen, suiker, koffie en thee. Aan de wal, op de schepen en op de handelsposten in Azië, werkten tienduizenden mensen voor de Compagnie. De VOC was onderverdeeld in zes afdelingen, kamers geheten: Amsterdam, Zeeland, Hoorn, Enkhuizen, Delft en Rotterdam. Bij de kamer van Amsterdam waren de meeste werknemers in dienst en op de Amsterdamse werf werd de helft van het aantal schepen gebouwd. Deze wandeling voert ons langs plekken in de stad waar de VOC haar sporen heeft nagelaten. Neem je museumjaarkaart mee, het kan zijn dat we nog het Paleis op de Dam bezoeken. Dit was destijds gebouwd als stadhuis ter meerdere glorie van de VOC.
Log in met je NTKC account om de reacties te lezen, en zelf een reactie achter te laten.